Heel fijn al die voorbereidingen. En. Wat nog fijner is, hier in het dorp is er nog geen rotje geknald, nog geen vuurpijl afgestoken, laat staan een cobra ontsnapt. Al met al domweg gelukkig aan de Hoofdstraat.
Gisteren naar Bahnea geweest. Een onverwacht bezoek dat zeer in de smaak viel. Bela, de schoonvader, had een heerlijk gas wijn geserveerd en Antonia was het middelpunt van de belangstelling.
Maar ondanks de pijn weet ze aardig divagedrag te vertonen.
Afgelopen woensdag waren we dus eigenlijk net op tijd toen even na negenen in de uchtend Nicușor Pocăit langskwam met zijn tractor. Er zijn veel Nicușors in dit dorp. Maar deze Nicușor, bijgenaamd “pocăit” — lid van een neo–protestantse kerk — ken ik al zo’n drieëntwintig jaar. Lange tijd de enige in het dorp die zevendedagadventist of iets soortgelijks was. Sinds zigeuners er achter kwamen dat al die neo–protestantse kerken vanuit het buitenland wel erg veel geschenken en geld kregen is momenteel ongeveer vijf procent van het dorp pocăit.
Nicușor was voorheen ook een van de weinigen met een tractor. Nu velen in het buitenland hebben gewerkt rijden er wat meer tractoren rond.
Het stuk land achter, dat niet omheind was, lag er al een paar maanden verwaarloosd bij. Ik had het in pacht aan Adrian, de overbuurman gegeven, maar die had er niets mee gedaan. Het goede voornemen voor 2016 is om het land zelf te gaan gebruiken: driekwart maïs en een kwart aardappelen.
De maïs kunnen we goed gebruiken voor de kippen, de konijnen en voor de verkoop en de aardappelen zijn voor eigen consumptie en de verkoop, alhoewel konijnen en kippen af en toe een aardappeltje niet versmaden.
Adrian had vele malen beloofd te betalen, goederen te leveren, maar hij heeft me nu zo ver gebracht dat ik hem nooit meer op zijn vriendelijke zigeunerogen geloof. Nicușor kwam het land omploegen, Adrian kwam even naar buiten en ging weer gauw en beschaamd naar binnen. Normaal gesproken had hij er voor moeten zorgen dat het land geploegd en winterklaar zou worden gemaakt.
Ach, het zij zo.
Na afloop zei Nicușor dat het zwaar was vanwege de grote hoeveelheid meterhoge onkruid. Ik geloofde hem direct. Een vijftien are doet hij normaal in twintig, vijfentwintig minuten. Nu was hij vijf kwartier bezig geweest.Toch vroeg hij niet meer dan vijf lei per are, de gangbare prijs. Ik heb hem wat extra gegeven en wat chocolade voor zijn kinderen. Meteen een afspraak gemaakt voor het voorjaar. Eggen. Inzaaien. En. Helaas is het niet anders, maar ook een flink onkruidverdelgingsmiddel gebruiken. Ik moet nog uitzoeken welke mix ik kan maken tussen ecologisch verantwoord en adequaat. Het laatste dank zij onze hardwerkende Adrian.
Er is nog een hardwerkend iemand waar ik minder fijne ervaring mee had, zo vlak na de kerst: Ágota Szánto, onze dorpsdokter. Vorige week gebeld om een afspraak te maken voor de maandelijkse controle. Ik wilde vorige week donderdag nog langsgaan, maar dat bleek onmogelijk — er moeten minstens dertig dagen zitten tussen een nieuw en een laatste recept. Afgelopen maandag op de laatste medicijnen naar Suplac gereden voor een nieuw recept. Vervolgens naar Târnăveni om bij de Eco–apotheek — waar dat “eco” op slaat is mij een volstrekt raadsel — medicijnen te scoren. Helaas, de op het recept geschreven medicijnen kwamen niet overeen met de op het recept geschreven dagen. Terug naar Suplac en terug naar Târnăveni. dat ik door haar toedoen voor niets ergens heen rij... Haar assistent was hevig geschrokken, dat ik voor nop naar de grote stad was gegaan. Ágota deed alsof haar neus bloedde.
Het enige lichtpuntje die dag was het feit dat ik getroffen wordt door iets in het voortuintje van de dispensar — het plattelandsgezondheidscentrum. De Coloana Infinitului — de Oneindige Zuil, het beroemde beeldhouwwerk van Constantin Brâncuși, maar dan in miniformaat.
Zo was het weekje na de kerst vooralsnog onvergetelijk.
Wat ook onvergetelijk was, was de kerst zelf. Oké, we gingen bij de moeder van Isza langs. Maar daarna kwamen de kinderen bij ons op bezoek. Inclusief cuscra — de schoonmoeder van Kinga — en Andrei, een neefje van Florin die vier zusjes en broertjes heeft van vier verschillende vaders... Ik mag die Andrei, hij glundere helemaal toen ik hem naar zijn verjaardag de volgende dag vroeg. Nog glunderender werd–ie toen ik hem een modelautootje gaf, een Dacia Solenza. De desbetreffende uto had ik besteld zonder me gerealiseerd te hebben dat ik die al had...
‘Wat wil je eten, Toni?’
‘Carne — vlees!’
Een van de stereotypische kwalificaties van een zigeuner is de liefde voor vlees, veel vlees. Gelukkig hadden we daarin voorzien. Een heel konijn uit de oven. Ons eigen grootgebrachte konijn en Sarmale — koolrolletjes met rijst, gehakt en kruiden.
Ons gedeelte van de straat bleef gespeend van colindători — Domnul Nelu, het hoofd van dit straatgedeelte voor zover het de colinde betreft, heeft nog steeds grote ruzie met meneer de priester en weigerde op kerstzangpad te gaan. Uit solidariteit, maar ook omdat ik ruzie met meneer de priester heb, eveneens thuisgebleven. Veel mensen in het dorp zijn de priester liever kwijt dan rijk. Ook in veel andere dorpen wordt hij bij speciale gelegenheden niet eens uitgenodigd. Jammer. Een priester in zijn beste vorm is het cement van een dorpsgemeenschap.
Thuis blijven was echter helemaal geen straf. Er werd met een kei op de gasleiding getikt — zo werkt onze deurbel — en Dorina stond met haar groep op de stoep. Of we colinde accepteren... Overbodige vraag. Zelfs Isza ging naar buiten om als etnisch–Hongaarse toch ook mee te zingen. Traditie wil ze in huis te noden. Bier, wijn vonden aftrek, maar vooral de gepelde amandelen die bij het maken van een speculaaspop waren overgebleven gingen kats op.
Een prachtig gebaar van zeer goede vrienden!
Ook van mijn vader heb ik trouwens geld gekregen. Voor ons huis nieuwe vloerbedekking aangeschaft en Isza heeft er kleding van gekocht. Voor mijzelf een nieuw cameraatje aangeschaft, dat heden ten dage trouwens nog steeds niet is bezorgd...
Ik ga er een eind aan breien. Isza is de oudejaarsavondtafel aan het dekken. We gaan zo weg. Maar niet zonder jullie, lieve lezers en lezeressen een heil fijne jaarwisseling te wensen!