Alles wordt op een briefje geschreven en de witte ruimte die overblijft wordt met een liniaal als snijvlak afgescheurd, ter verder gebruik.
Bij zijn collega's in de kamer ernaast had ik mijn eerste schreden tot inburgering al eerder gezet .
Afgelopen vrijdag bij de notaris het koopcontract van het huis getekend. 5 uur wachten, een kopje koffie, maar dan heb je ook wat — een huis en 33 are grond. Dat het allemaal zo lang geduurd heeft, had een reden, hoewel naar mijn bescheiden mening twee redenen. Ten eerste waren er in totaal 7 verkopers betrokken bij de verkoop, allemaal erfgenamen van Jors Ioan, de vorige eigenaar van dit huis. En verspreid over de aardbol in de loop der tijden — Verenigde Staten, Spanje en Duitsland. Al die verkopers moesten worden gecontroleerd en indien buitenlands ook nog eens vertaald.
Zo zat ik dus 5 uur te wachten met Ani, die een gedeelte van de verkopers vertegenwoordigde en Ionuț die het andere gedeelte van de verkopers vertegenwoordigde, totdat de notaris de akte begon voor te lezen.
En via Ani kom ik bij de tweede reden van de langdurigheid — ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat zij eigenlijk helemaal niet van plan was haar nicht uit Passau uit te betalen.
Begin januari zat ik aan de koffie bij Dorina en Marius, toen er twee mensen op het erf van Dorina en Marius verschenen. Op zoek naar mij. Of ik een huis had gekocht. En of ik dat betaald had. dat was dus een “ja” en nog eens een “ja”.
En neen, zoveel rechten had Ani nu ook weer niet volgens deze twee uit Duitsland. Ani deed maar wat. Was niet te vertrouwen. Hoe vuig kunnen Roemenen soms zijn.
Uiteindelijk kwam het hier op neer dat na een zeer onverkwikkelijke ruzie bij de notaris tussen Ani en Maria en haar man er een kop koffie werd gedronken in een bar, Ani 2300 euro betaalde en Maria een handgeschreven verklaring overhandigde met een verklaring van ontvangst met mij als getuige. Maar of dat nu de oorspronkelijke bedoeling van Ani was geweest?
In de akte stond ook dat mij binnen dertig dagen bij de Gemeente Suplac diende te vervoegen om de belasting over het onroerend goed te betalen.
Ik keek vanochtend naar buiten, het zonnetje scheen, de lucht was blauw, dus Suplac kom maar gauw!
Ik parkeerde mijn auto half op het gazon — zo groot is de parkeerplaats van het gemeentehuis nu ook weer niet.
‘Wat komt u doen?’
‘Belasting betalen!’
‘Imediat,’ een ogenblik dus — de ambtenaar loopt het gemeentehuis uit naar de overkant, naar de plaatselijke bar — het is 11 uur in de uchtend...
...tien minuten later is hij weer terug en begint me te helpen met het betalen van de belasting. Helaas is me de naam van het speciale programma om de belasting te berekenen me ontschoten, maar het ontlokte de desbetreffende ambtenaar een scheldwoordenreeks uit, waarbij het geslachtsdeel van de moeder van de computer herhaaldelijk werd genoemd.
En waarom?
Ik heb geen Roemeens persoonsbewijs, alleen maar een Nederlands paspoort. En dat slikt het programma niet.
Uiteindelijk een half uur later was de rekening klaar, belasting voor het huis (36 lei), het stuk grond (15lei), de burgerwacht (60 lei) en afvalstoffen (24 lei), zodat me meteen de prioriteiten van Suplac duidelijk werden.
Vervolgens naar Peti Andrei, voor het inschrijven in het bevolkingsregister — niet dus, toch terug naar de ingenieur, zoals de ambtenaar Neghiu Savu genoemd wordt. Door hem werd ik ingeschreven in het landbouwregister op basis waarvan mijn domicilie kan worden bepaald.
Domnul Peti begeleidde dit keurig voor mij.
Tussen neus en lippen door vroeg hij me naar mijn burgerlijke status — ik zei hem ongehuwd te zijn.
Vervolgens begon hij over de scheidingspapieren die gedeponeerd moesten worden — ik vertelde hem dat ik die in digitale vorm had overgedragen aan de middelste zus van mijn ex, zodat die een persoonsbewijs voor mijn ex kon regelen.
De film van vorige week woensdag begon zich weer in mijn hoofd af te draaien. De bel gaat. Ik loop naar buiten. Lenuța de middelste zus van mijn ex aan de poort. Met Ancuța, een nichtje.
Lenuța werkt naar eigen zeggen als bejaardenverzorgster in Italië. Nu ken ik bejaardenverzorgers, en die kleden zich niet als iemand die er op uit is mannen uit te pezen. Dus ik heb zo mijn twijfels aan haar verhaal.
Hoe dan ook, ik krijg van haar een pak Lavazza koffie en koetjes en kalfjes. Vervolgens blijk ik meteen mee te moeten om de scheidingspapieren die ik alleen in digitale vorm heb te laten legaliseren.
‘Zo werkt dat niet,’ zeg ik — het huis is ondersteboven, er is net een nieuwe keuken geplaatst, ik ben spullen aan het verhuizen, en wat dies meer zij.
Het kost me bijkans een uur en nog is ze niet overtuigd dat ik geen tijd heb. Zelfs het nichtje wordt ingezet, want die heeft een abonnement van de trein te verlengen. Ik snap meteen dat de compulsieve obsessieve stoornissen van mijn ex een familietrekje zijn.
Uiteindelijk zeg ik de volgende dag tijd te maken. De volgende dag ontmoeten we elkaar bij Dorina — Dorina die net zo’n schijttiefesteringhekel heeft aan Lenuța zoals ik, ziet haar kans schoon en gaat lekker mee naar Târnăveni. Ik heb rugdekking en blij toe.
Voor de vorm had ik eerder een CD gebrand met de documenten en voor de vorm ga ik mee naar een vertaalbureau, alwaar de documenten worden uitgedraaid. Vervolgens blijkt een vertaling 100 lei per pagina te kosten, geld dat de middelste zus van mijn ex natuurlijk zogenaamd niet heeft — ik weet niet wat de tarieven voor een temeie in Italië zijn, maar “geen geld” gaat er bij mij niet in.
Tot nu toe lijkt me alles fluksjes te verlopen. Zelfs zo fluksjes dat Lenuța ons uitnodigt bij Restaurant Hobby wat te gaan eten. En het moet gezegd, dit is een geweldig restaurant! De gepaneerde kaasplak met bloemkoolsoufflé kan de vergelijking met een over een tong fietsend engeltje volledig doorstaan. Daarbij, met Dorina is het altijd gezellig, Ancuța van 17 is een ondeugd die heel scabreus uit de hoek kan komen en Lenuța, dat moge bekend zijn, een vuig persoon.
Even te voren had mijn goede vriend Lucian me bij de arm genomen. Hij fluisterde me toe dat Lenuța verhalen over mij aan het verspreiden is in het dorp, dat mijn arbeidsongeschiktheidsuitkering op de naam van mijn ex staat, ik officieel helemaal niet ben gescheiden en dat haar oudste zus, mijn ex, helemaal niet aan DSM IV 295.30 lijdt.
Op de terugweg zijn we gestopt in Suplac, bij de dorpsdokter — Dorina is bezig nieuwe protheses te krijgen en heeft een verwijsbrief nodig. De ondeugd van 17 helpt Dorina de trap op en af en ik zit vervolgens ruim een half uur met een vuig persoon opgescheept.
Een staccato van volstrekte onzin valt over me heen, Ze was bij een advocaat geweest, De documenten waren ongeldig. Zoiets in het kwadraat. Als Asperger bestaat er altijd het gevaar dat je volledig uit je slof schiet, maar ik hou me in en besluit helemaal klaar te zijn met deze massage door een temeie zonder happy end.
Peti begint over de scheidingspapieren. Ik leg hem uit dat ik de digitale versie aan Lenuța gegeven heb en dat ze het daarmee maar moet doen. Ik word bijgevallen door Andrei, de politieagent die ik een paar weken geleden een lift heb gegeven. Ook hij legt uit dat digitale formulieren gewoon geldig zijn. Vervolgens krijg ik een hele uitleg hoe ik een verblijfsvergunning kan krijgen. Peti bindt in en vind het klaarblijkelijk allemaal prima.
Vergeet ik nog een ding. Op het gemeentehuis werkt Mevrouw Gazpar. Hongaars– en Roemeenstalig en een schat van een mens — heel belangstellend hoe het nu met me ex gaat, of ik geen spijt heb Nederland te hebben verlaten en wat ik met het land ga doen.
Als kersverse, eerste allochtone bewoner van Suplac sinds de twaalfde eeuw verlaat ik het Gemeentehuis.