Nu wil Johnny wel vaker blaffen en net dat ik op het punt sta toch maar naar buiten te lopen, hoor ik: ‘Arjan, Arjan!’.
Vanaf mijn terras aan de voorkant kijk ik op de hoofdstraat.
‘Weet je wat dit is?’ ik zeg zo op het eerste gezicht het niet te weten — ik zie grote plastic bidons in plastic verpakt. Leon dan is me behulpzaam en legt de werking van de compostbak uit.
Wow, ik krijg een compostbak cadeau! Ik schud handen, bedank de mensen van het gemeentehuis en zet mijn cadeau op het achterterras.
Ik ben blij dat ik mee mag genieten van de Europese Regionale Ontwikkelingsgelden — alsof mensen hier al niet eeuwenlang compost weten te maken.
Iza komt even langs om me wat rachiu te brengen voor keel en hoest. Ik laat haar de compostbak zien. Ik vraag haar of haar moeder er ook een heeft gehad. ‘Wat denk je?’, zegt ze: ‘niet iedereen krijgt zo’n bak’.