Blonda en ik waren naar het Gemeentehuis getogen om uit te vogelen hoe zij kon worden ingeschreven in de Gemeentelijke Basis Administratie.
Om te beginnen kent Suplac geen GBA, maar wel een landbouwregister. Zo sta ik ingeschreven in deel IV van dat register als zijnde de eigenaar van een perceel in Laslău mare behorende tot de Gemeente Suplac.In die kwaliteit van eigenaar is Blonda nu officieel ingeschreven door “mijnheer de ingenieur” — niet op de foto — als mijn huisgenote. Inschrijvingskosten 2 lei — €0,45.
Mevrouw Ilonka — rechts in het wit op de foto — vroeg heel geïnteresseerd hoe het Blonda bevalt in Roemenië. Vertelde haar uit Idrifaia te komen. Ook behorende tot de gemeente Suplac en waar uitsluitend Hongaars wordt gesproken. Bij ons wonen ook Nederlanders, zei ze:
‘Uit Zwartebroek?’
‘Ja, uit Zwartebroek. Maar ze spreken onze taal niet. Ze praten alleen met handen en voeten en zo redden ze zich.’
Zo. Redden. Ze. Zich. Sic transit gloria mundi. Hoe kun je nu in zo’n mooie streek als deze leven, zonder de taal te kennen. Wat een enorme gemiste kans. Ik vraag me dan ook meteen af wat het doel kan zijn om een huis in Idrifaia te hebben zonder met je buren van gedachten te kunnen wisselen.
Wat dat betreft zijn Blonda en ik gelukkig beter voorbereid.
Stroopwafels behoren ook tot die voorbereiding. Alleen die hadden we nu niet bij ons.
Na de inschrijving liepen we naar de overkant om aan Matilda, de gemeentesecretaris — links op de foto in het blauw — een audiëntie aan te vragen bij de burgemeester. Dat bleek niet nodig. We konden zo naar boven lopen. Blonda zei dat we dat een andere keer zouden doen. Want, geen stroopwafels bij ons.
Binnenkort dus nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot de spayathon en onze plannen voor Nationale Zwerfvuil Opruimdag en de samenwerking met de gemeente daarin.
Bij het weggaan kreeg Blonda nog een welkomskus van Mariora — op de foto met het hoofd ietwat in het geel, de accountant van de gemeente en tevens getuige van mijn huwelijk toentertijd.