Zo kon op het einde van de middag toch nog het karwei worden afgemaakt. Nu is het een kwestie van drogen, maar met de sinds gistermiddag ingevallen regenbuien zal dat er niet van komen. Scheelt ons weer, anders hadden we twee keer per dag het zich drogende beton moeten begieten met water.
Isza mopperde dat het niet recht was en dat de linker rijstrook hoger was dan de rechter rijstrook. Dank zij haar Hongaars en een klap op de schouder van Arpi werd dat hoogteverschil nog wat rechtgetrokken.
Ze mopperde nog meer, en terecht, toen we zagen dat het beton toch wel erg snel scheurtjes ging vertonen: ‘Als hij niet weet hoe met beton om te gaan, waarom werkt hij dan met beton?’
Ze kon het weten zei ze, ze had een zesjarige opleiding in de bouw gevolgd — met die meid val je van de ene verbazing in de andere. Toen Blonda haar vroeg om een spelletje kaart te spelen, zei ze dat ze dat niet leuk vond, in tegenstelling tot schaken!
Ik vertelde haar dat ik vroeger elke week naar Groot Graffel om als ervaringsdeskundige van Ixta Noa te schaken. Dat ik met mijn cliënt daarbij over alles kon praten — het liefst filosofie, maar als ik hem vroeg naar actuele gebeurtenissen dan bleek dat zinloos.
Zo kwam ik met Isza over filosofie te praten. Mijn stokpaardje is existentionele fenomenologie. Aan de hand van een stoel die de functie van trap krijgt snapte ze meteen wat ik bedoelde.
Strakjes gaan Blonda en ik naar de kerk. Om tevens na de dienst de priester aan zijn geborduurde jas te trekken over ons “Project Suplac” met Dog's Wish.
Paraplu ligt in de auto —in reparatie bij Zoltan, het regent nog steeds, dus we gaan ons prima vermaken...
Tot slot, als je bij ons de deur uit wilt, zie je dit: